Jan G. Marque en J. Tavenraats over B.C. Koekkoeks schilderprocedure 2
Filosofisch Realisme
Kunstwerk in Woord en Beeld 16

Expositie Filosofisch Realisme Jan G. Marque Galerie Erté Fine Arts

Wat passanten hebben overgebracht
De zeven treden van de Graal
Jan G. Marque


Voorwoord

De woorden die uit mijn mond vloeien, worden u aangereikt op een voor u waarschijnlijk ongebruikelijke wijze. Het enige wat ik uit ervaring kan vertellen is, dat de kennis die verborgen ligt in de zinnen het mogelijk maken om tussen de regels door te lezen. Een besef waarvan ik me pas later bewust werd.
Het begint allemaal met een ontmoeting die ik onlangs had met een schone vreemdelinge. Ik gebruik het woord onlangs, aangezien ik me de precieze tijdsaanduiding niet meer zo goed kan herinneren, alsof tijd niet zou bestaan, of in ieder geval geen invloed heeft op gedachten en wat daaruit voortvloeit.
Zij, die me toch enigszins bekend voorkwam, maar die ik niet kon plaatsen tussen alle indrukken uit de vele opeenstapelingen van gedachten en herinneringen die het rijk van mijn hersenen vertegenwoordigen, zou mijn wezen uiteindelijk doordringen van datgene waar ik onbewust aan toe was...


De grondtoon

Het onweerde in de verte, de regenbui was gepasseerd. En net toen ik omkeek naar de donkerblauwe lucht, waar sierlijke bliksemschichten één voor één de aarde tartten, zag ik daaronder, nog rustiger dan toen ik hier aankwam drie dagen geleden, St-Maximus liggen. Ik gaf deze plaats vol geheimen nog een laatste waardige blik, alsof ik afscheid nam van een goede vriend waarvan ik wist dat ik hem een lange tijd niet meer zou zien, en vervolgde mijn weg. Terwijl mijn oog nog steeds het schouwspel der fotonen volgde, flitste de gedachte door me heen van het moment dat ik haar voor het eerst ontmoette.
Ze was tot me gekomen in mijn dromen. Normaal herinner ik me mijn dromen niet zo, maar op de een of andere manier bleven deze dromen me bij, al was het alleen maar omdat, zoals ik kort geleden al vermelde, haar gezicht me zo bekend voorkwam.

¥

Vervreemding van de werkelijkheid zelve, of toch onderdeel van alle waarnemingen en zo de Natuur, waren de woorden die nietszeggend ronddansten in mijn gedachten, terwijl ik in de duisternis door een dikke nevel al worstelend roeide om uit te kunnen komen op een voor mij onbekend eiland.
Eenmaal aangekomen op het strand zag ik de schaduw van een vrouwenfiguur in het landschap die me wenkte haar te volgen. Ze bracht me naar het midden van het eiland waar zich een cirkel bevond en waar een stem begon te spreken en de schaduw langzaam oploste tot ze zelf volledig zichtbaar was.
'Mijn naam is Sophia van alle oppervlakten der wereld en meer,' zei ze met een vriendelijke stem. 'Dit is niet mijn ware naam. Deze zal ik pas bekend maken als het tijdloze erom zal vragen. Want mijn naam is tevens mijn titel en kan alleen gekend worden door hen die de zeven treden naar het eerste licht bewandeld hebben. Tot die tijd mag je me Sophie noemen.'

En bij het horen van deze woorden werd ik deelgenoot van een ongekend mysterieus wezen.
Ze kwam me zo op het eerste gezicht niet voor als de knapste dame die ik tot dan toe ontmoet had. Maar ik voelde een zekere schoonheid die van binnenuit kwam, die zelfs in staat zou zijn je te overheersen als je niet uitkeek. Verder kleedde ze zich als de gemiddelde vrouw uit de regio, met dien verstande, dat de jurk van Sophie een groene kleur had. Een verboden kleur in het tijdperk waar ik me nu bevond. Maar dit liet ik voor wat het was, te nieuwsgierig naar het waarom van haar merkwaardige bezoek.
Om haar hals hing een zilveren plaquette waarop, zo vertelde ze me, haar ware naam stond gegraveerd. Jammer genoeg lukte het me niet om het te lezen. Haar lange glanzende haar, donker als een firmament zonder sterren, omlijste niet alleen haar stralende gelaat waar twee helderblauwe ogen vol zelfvertrouwen de wereld in keken en in zich opnamen, maar bedekte tevens de inscriptie. Pogingen mijnerzijds om er toch achter te komen, door haar bijvoorbeeld te laten bukken voor een schijnbaar uit mijn hand gevallen muntstuk mislukten, alsof ze wist wat ik van plan was en het pareerde als ware het de eerste de beste beginnelingstoot met een degen. Het was duidelijk dat ik haar ware naam echt pas later zou mogen kennen, waarschijnlijk pas wanneer ik zelf die zeven treden die ze noemde zou hebben bewandeld. Dus legde ik me na een tijdje, hoewel met tegenzin, neer bij deze situatie.

Ik was oprecht blij dat ik haar Sophie mocht noemen. Het was de gedachte haar tijdelijke volle naam steeds weer te moeten uitspreken, wat me nu al het gevoel gaf op audiëntie te zijn bij een hoogwaardigheidsbekleder. Iets waar ik van nature niet voor in de wieg gelegd was.
Niets begrijpend van haar bedoelingen nam ik alles wat ze tot dan toe gezegd had zonder meer aan, al was het alleen maar om zo snel mogelijk een antwoord te kunnen krijgen op het waarom ze nu juist mij bezocht.
En terwijl die helderblauwe ogen, als onderdeel van dat mysterieuze wezen, me verder hypnotiseerde, al priemend vasthielden, vertelde ze me zonder omwegen;
'Als je mijn ware naam wilt weten, zul je me ook werkelijk moeten ontmoeten. Daarvoor moet je op zoek naar het teken van Quain. Deze weg zal op je overkomen als ieder gewenst pad wat je normaliter zou kiezen, alleen nu zal ik er zijn op het punt waar normaliter niemand op je wacht.'
Het teken van Quain was, wat naar ik later begreep, de oudst bestaande vertaling van de naam Kain, de ene helft van de twee broers waarover in de Bijbel verhaald wordt. Ik wist alleen niet meer of Kain nu uiteindelijk het slachtoffer of de dader was, maar dat deed er nu niet toe. Haar vinden en haar ware naam weten zou mijn eerstvolgende prioriteit zijn. 'Het symbool vinden en het opliften op het juiste moment, zal mijn aanwezigheid in tijdruimte onthullen,' zei Sophie ineens zachtmoedig door mijn gedachten heen, zonder haar stem ook maar iets te verheffen. En voor ik ook nog een vraag over mijn lippen kon krijgen, verdween ze als een Lady of the Lake in sluiers van mist.


Eerste trede
Verhulling van het bestaande.

Dat Sophie zich specifiek op de door haar aangegeven plek zou bevinden bevreemde me. Niet wetend hoe het Kainsteken eruitzag, hoe groot het was of wat het inhield, intrigeerde het idee me, temeer omdat ik nieuwsgierig was of zij wel zou bestaan. Ze was me immers komen opzoeken in het schemergebied tussen wat de meeste mensen voor waar of onwaar aannemen. Aan de ene kant is daar de op Empirisch gegrondveste buitenwereld; een erfenis van de verlichting, waar wetenschappelijke axioma's met hun vele parallelle eenrichtingssluizen nog steeds de wetenschappelijke wetten vertegenwoordigen - de religieuze axioma's buiten beschouwing latend - en aan de andere kant de droom, onze onbewuste wereld, bevolkt door al wat zintuiglijk door de mens gevangen is en meer, en waar Archetypen welig tieren en ons een blik op de wereld gunnen die gemakkelijk te ontkennen valt, daar het niet objectief en bij herhaling te meten valt. En daarbij, waarom jezelf schuilhouden achter een symbool? En dat juiste tijdstip? zou ik daar op voorhand achter kunnen komen? Of was het de bedoeling dat ik op een willekeurig tijdstip, op de goede gok, het Kainsteken zou opliften? Is een symbool wel op te liften? En zou dit dan al een onderdeel zijn van de zeven treden, of zouden die later komen? bedacht ik me verder, terwijl ik mijn wenkbrauwen fronste, mijn lippen tuitte en mijn gedachten van me verwijderde.

¥

Bij de eerstvolgende ontmoeting probeerde ik Sophie met doordringende ogen aan te kijken. Ik dacht dat ik op deze manier verder tot haar kon doordringen, om zo meer over haar te weten te komen. Niet dat dit ook maar enige reactie bij haar teweegbracht, want zonder ook maar te knipperen met haar ogen zei ze met alle kalmte van de wereld:
'Je weet dat de verheven meesters het materialisme afzweren omdat je dan als mens afdwaalt van wat zij het ware pad noemen, en zo niet verlicht kan worden.'
'Ja, dat weet ik nog,' antwoordde ik enigszins schichtig, niet wetende waar ze naartoe wilde met deze vraag.
'Ik kan me nog goed herinneren dat jij je toen niet zo op je gemak voelde met deze leringen.'
'Nee. Het kwam mij zo voor dat je alleen het licht kon zien, als je je onder andere volledig zou toeleggen op het je de rug toekeren van al het materialisme en je blik naar boven zou richten, om je zo over te geven aan een goddelijke macht die buiten jezelf ligt.'
'Herinner je je de gesprekken nog met Paracelsus en Agrippa, en hun uitspraak: zo boven zo beneden? En een aantal jaren later met Aristotelis over de Plenum? Om dat gesprek met Pythagoras niet te vergeten, over zijn geluidsgolven?'
'Jazeker, op de een of andere manier raakten deze filosofen, alchemisten en Magiërs me wel heel diep met hun wereldbeschouwing.'
'Maar de onderliggende verbinding, heb je die al ontdekt?' vroeg ze met een onderzoekende blik.
'Neen,' antwoordde ik, terwijl ik mijn ogen van haar afwendde en ik mezelf onbewust een stukje kleiner voelde worden.


Tweede trede
Ontkenning van de werkelijkheid.

Twee jaren waren ondertussen verstreken, maar de gelaatstrekken van Sophie pijnigden nog dagelijks mijn gedachten. Keer op keer kwam haar beeltenis terug op mijn netvlies, alsof zij mijn Graal was. Vele kilometers had ik reeds afgelegd en vele vragen gesteld, maar nog was ik voor mijn gevoel niet dichter bij haar gekomen. Laat staan dat ik ook maar een antwoord met betrekking tot haar gevonden had.
Op een dag, ik was net de Alpen overgestoken, zag het er dan toch naar uit dat mijn nieuwsgierigheid omgezet zou gaan worden in leergierigheid. Door toeval, dan wel noodlot, was ik via een goede kennis in contact gekomen met een hooggeplaatste Kardinaal uit Rome die meer affiniteit had met Mythras en het Corpus Hermetica, dan de opgelegde leerstellingen van zijn superieuren. Hij had ervoor gezorgd dat ik toegang verkreeg tot de Vaticaanse bibliotheek en de oudste nog bestaande afbeelding van het Kainsteken met mijn eigen ogen kon aanschouwen. Het bleek dat het Kainsteken bestond uit een Ourobouros waar in het midden een Andreaskruis geplaatst was. Onder de afbeelding stond geschreven dat Kain van Koninklijken bloede was en het teken op hem was aangebracht door zijn vader en diende als bescherming voor zijn persoon.

Ik had in ieder geval een stukje van de puzzel opgelost, wat me vreugde gaf, en was dan ook klaar voor de volgende stap. De kardinaal had me tijdens dit intermezzo ingefluisterd dat ik het antwoord Oostelijker moest zoeken, en met deze informatie in mijn achterhoofd zette ik mijn zoektocht zo snel mogelijk voort en verliet Rome. Zo reisde ik naar het plaatsje Pescara aan de Italiaanse kust en stak met de eerste boot die me als passagier mee wilde nemen de Adriatische zee over. Zo belande ik op de Balkan.
In eerste instantie kon, of wilde niemand me helpen. Tot ik na enkele dagen in een van de dorpen een aantal mensen trof die me verwezen naar een volgens hen oude heks. Na een kort oponthoudt had zij, die gewoon wat wijzer en lelijker bleek te zijn dan de gemiddelde inwoner, me gewezen op een schildering van een vreemde ronde draak met een kruis in zijn buik. Deze schildering zou lang geleden door een onbekend volk aangebracht zijn op een grote conische steen. Het zou zich op ongeveer 250 km van de plek bevinden waar ik nu verbleef, ten noordoosten van de berg Thabor, daar waar de Scythen eens huisden, aan de rand van een oerbos. De vrouw vertelde me dat Scythie een van de oudste plaatsen was waar de kennis van de oude wereld al tijden verdwenen was, of nog ergens begraven lag, waardoor dit een paradoxaal gegeven werd. Maar naar deze randinformatie luisterde ik maar half. Ik had immers belangrijker gedachten op dat moment.

'Dit moest het Kainsteken zijn waar ik al zo lang naar op zoek was,' mompelde ik; en ik bedankte haar snel doch hartelijk, om niet lang daarna dapper maar toch wat mistroostig weer mijn weg te vervolgen. Ik had immers nog 250 km te gaan, en dat was een lange weg die ik voor mijn eigen gemoedsrust niet moest omzetten in kilometers.

¥

'Kijk eens achter je en vertel me wat je ziet,' vroeg ze glimlachend, terwijl de zonnestralen voor de laatste maal de boomtoppen raakte.
'Een bed, een stoel, een dichtgemetseld raam dat ooit het licht binnenliet...'
'Vertel me nu,' onderbrak ze me, 'wat er zich aan de buitenkant van de kamer afspeelt.'
'Dat kan ik je niet vertellen, want dat kan ik niet waarnemen.'
'Zou je kunnen aannemen dat wat er zich aan de andere kant van de muur bevind, daar aanwezig blijft, ook al zou jij hier niet aanwezig zijn?'
'Ja, dat denk ik wel. Zolang er aan de andere kant nog waarnemers zijn, waarom niet?'
'Wat zegt dit over de wereld en jouw zijn als waarnemer?' sloot ze af.
Met deze woorden verlieten de laatste voor het oog zichtbare fotonen de kamer en verzonk ik in een diepe onrustige slaap.


Derde trede
Herkenning van jezelf.

Na dertien dagen, volgens sommigen het geluksgetal der dwazen, kwam ik met een kleine omzwerving eindelijk aan op de plek die ik me zo langzamerhand levendig kon voorstellen. Het was inderdaad een oerbos, dat er vanaf de buitenkant gezien uitzag als een natuurlijk onneembaar fort. Het had een bladerdek dat zich tenminste uitstrekte zo ver het oog reikte en zo de horizon raakte, en waar de berg Thabor robuust en statig bovenuit toornde en rustig golvend in de tijd de wereld overzag met een vaderlijke blik.
Zonder een woord over mijn lippen te krijgen, zo onder de indruk van deze overweldiging, zette ik een eerste voorzichtige stap en betrad ik het immense groen. Ik had nog geen zeven voetstappen gezet of ik zag in de verte de steen al staan. Precies zoals de wijze vrouw me verteld had.

Al hadden de elementen hun sporen achtergelaten, het Kainsteken was er duidelijk op zichtbaar. En zo verheugd door het vinden van de steen, de overweldiging van het oerbos en de magische geladenheid van dit alles, begon ik als een poëet dat wat binnen mijn gezichtsveld lag in gedachten te oreren als een mysterieus gevonden schat.

O, conische steen. Zuiver gehouwen en van bijna alle ornamenten onthouden. Ben jij in al je eenvoud schoon en omgeven door reusachtige bewakers. Oude eiken, die als krachtige pilaren de elementen trotseren en met hun dikke ruwe takken statig en wijs de zon, de aarde, alle vier de winstreken en bij tijd en wijle de maan en het licht uit het verleden aanwijzen, zo niet nawijzen.
Je wordt vergezeld door een traag stromende beek, een levenselixer, die kabbelend, samen met de reflectie van de zoete zomermiddagzon het beeld vervolmaakt en tijdloos vasthoudt. Die tevens het oog van de ware aanschouwer met meer en meer schoonheid vervuld, des te langer hij zijn blik blijft richten op het schouwspel dat zich voor hem afspeelt.
Een schouwspel wat je normaliter alleen kunt vinden in een goed geschilderd romantisch schilderij, waar Wijsheid, Kracht en Schoonheid als een geünificeerde drie-eenheid standaard aanwezig is voor hen die in staat zijn het trillingsproces van golflengtes waar te nemen, of in ieder geval onbewust aan te voelen.
Een afgebeelde verbeelde kern van de ons omringende Natuur, gevangen in een oogopslag.
O, conische steen. Voor nu het schilderij dat werkelijk is, of een schouwspel dat nog moet worden door het oog.

¥

'Ben je eenzaam?' vroeg Sophie me, terwijl ik haar blik over mijn lichaam voelde gaan.
'Nee, niet echt,' antwoordde ik bedachtzaam, niet wetende waar ze nu weer naar toe wilde. 'Ik vind het vaak zelfs prettig om alleen te zijn.'
'En wat gebeurt er als je alleen bent?'
'Nou, dan ga ik vanzelf nadenken.., over alles. Dan ga ik na verloop van tijd, ofwel stilzwijgend, ofwel verbaal, een conversatie met mezelf aan en vallen er dingen op zijn plek. Ik consolideer dan mijn ervaringen als het ware.'
'Is er een noodzaak dat je alleen moet kunnen zijn? En wat zou het inhouden als je datgene wat je zojuist beschreef nu eens verduizendvoudigde?'
'Mmm,' bracht ik murmelend uit. 'Dat moet ik nog even laten bezinken.'
En de stilte kwam, zag en overwon.


Vierde trede
Materie rondom ons.

Zonder ook maar een greintje religieuze onderwerping knielde ik neer voor de conische steen. Dus dit was de plaats waar Sophie zich schuilhield, gonsde het in mijn gedachten.
Ik dacht er lang over na wat ze me tot nu toe verteld had en begon te peinzen of ik de steen op moest tillen. Het symbool was aanwezig op de steen, dus met het opliften van het Kainsteken moest ze wel de steen bedoelen. Tenminste, daar ging ik na het beredeneren van de geringe informatie die ik had vanuit.
'Maar wat was nu het juiste ogenblik,' siste ik zachtjes tussen mijn lippen door.

Nadat de zon mijn schaduw weer een aantal centimeters van mezelf verwijderd had, wist ik dat het juiste moment wellicht nooit zou komen, of zich in ieder geval pas aan mij zou 'openbaren' als ik dit leven zoals ik het kende al voorgoed verlaten had. Daarom besloot ik de steen onmiddellijk op te tillen. Ik zocht en vond al snel een stevige tak, stak hem tussen het punt waar de steen met de aarde verbonden was en begon de nieuwe hefboom naar onderen toe te bewegen. Maar wat ik ook probeerde, de steen gaf niet mee en bleef muurvast in de grond zitten. Zelfs na drie pogingen was het nog geen millimeter verschoven. Zwetend en half buiten adem herinnerde ik me ineens een les van Zosimus van Panapolis. Deze grote magiër, die me een tijdje onder zijn hoede had genomen, had me verteld over de beginselen van de school van Parmenides en Zeno en me geleerd om mezelf te concentreren op de atomaire structuur van de te bedwingen materie, en dit vervolgens los te koppelen van het veld van vibraties, of zoals Aristotelis het noemde, de Plenum; een achtergrondsubstructuur gevuld met dingen, wat de steen omringde en het op zijn plaats hield.
Ik slaakte een diepe zucht, ademde diep en rustig in, maakte mijn hoofd leeg en concentreerde me op de steen. De tak boog diep door, en terwijl het gewicht van de steen steeds minder invloed had op mijn gedachten, voelde ik meer trillingen en daarna beweging. Eerst in de tak, toen simultaan in de aarde en de steen, als ware zij in een dans verwikkeld waarbij het niet duidelijk was wie er moest leiden. Ik hield mijn ogen nog steeds gesloten toen ik voelde dat de steen loskwam van de aarde en langzaam omhoog bewoog. Met een laatste verminderde krachtsinspanning wipte ik de steen naar achteren. En nog voor de steen met een zachte plof terugviel op de met mos en bladeren bedekte aarde, zag ik dat er een gat zichtbaar werd.

¥

'Zou je me op dit moment kunnen vergeten en doorgaan met je leven?' vroeg Sophie me ineens, belangstellend kijkend hoe ik zou reageren.
'Nee, dat denk ik niet. Ik wil je dolgraag ontmoeten. Ik wil je ware naam weten en ik wil horen wat je me nog meer te vertellen hebt. Zeker nu ik het gevoel heb zo dichtbij te zijn.'
'Weet dan wel dat je teleurgesteld kunt worden.'
'Hoezo? Ben je dan niet hier, op deze plek, waar je me zelf naartoe gestuurd hebt?'
'Jawel, dat wel. Ik zal op het juiste moment verschijnen als jij er ook bent. Alleen is het zo dat als je verwachtingen koestert, dit ook op een teleurstelling kan uitdraaien. Anders gezegd, zonder verwachtingen geen teleurstellingen.'
'O, op die manier,' slikte ik ongemakkelijk, zo mijn droge mond bemerkend.
'En vervolgens gaat het er dan om of je jezelf volledig accepteert, of daarin jezelf nog meer moet zien te ontdekken. Anders gezegd, hoe meer je jezelf kunt accepteren, hoe sneller je jezelf en de rest van de wereld werkelijk zult herkennen, ontdekken en doorgronden. En hetzelfde geldt voor het hechten aan dingen. Hoe meer je je hecht aan iets, hoe moeilijker je leven zal worden als het je ontnomen wordt. Loslaten is dus de sleutel tot acceptatie en innerlijke rust.'
En terwijl het geluid van haar stem verstomde, ik de woorden op me in liet werken, en de mist haar weer omhulde, hoorde ik haar toch nog even fluisteren: 'Weer andere teleurstellingen.'


Vijfde trede
Bewustwording van de Natuur.

Mijn hart begon sneller te kloppen. En met grote verwachtingsvolle ogen keek ik het gat in.
Maar waar ik ook keek, er was niets meer dan het gat. Niets. Ik had alleen een voor mij loze zwarte ruimte gecreëerd. Geen licht, geen Sophie, geen aanwijzing. Niets.
Zou het dan toch niet het juiste moment geweest zijn? jammerde ik stilletjes in gedachten.

¥

'Kun je je de lessen van de snaartheorie uit de kwantummechanica nog herinneren?' vroeg Sophie opgewekt, alsof het terrein van de natuurkunde haar favoriete bezigheid was.
'In de kern wel,' antwoordde ik vlug. 'Maar ik denk dat je mijn geheugen op dat vlak enigszins moet opfrissen.'
'Ik zal me beperken tot het algemene deel wat voor nu het belangrijkste is. Je weet dat de snaartheorie uitgaat van elementaire deeltjes, de kleinste deeltjes die de bouwstenen van de Natuur vormen. En dat de snaartheorie algemeen wordt beschouwd als een veelbelovende manier om alle elementaire deeltjes in één samenhangende theorie te verenigen; om zo de Natuur die ons omringd en waaruit we bestaan, te kunnen verklaren. En dat dit mogelijk is doordat in de snaartheorie elk elementair deeltje gezien wordt als een welbepaalde trilling van één fundamentele snaar. M.a.w. dat elementaire deeltjes, de bouwstenen van de natuur, bestaan uit trillingen. Kun je me zeggen wat trillingen zijn?
'Golflengtes,' reageerde ik ad rem.
'Juist ja, golflengtes. Maar als je er vanuit gaat dat alles, de gehele Natuur die ons omringt, inclusief wijzelf, uit golflengtes bestaat, kun je daar dan wat uit afleiden? Wat het betekent voor de zintuiglijke waarneming van de mens, als je die bijvoorbeeld vergelijkt met radiogolven of andere trillingen van de Natuur?
'Vindt je het goed dat ik ook hier nog even over nadenk?'
Ik voelde me onrustig. De informatie werd alleen maar uitgebreid, zonder dat er antwoorden kwamen.


Zesde trede
Omringd door energie.

Met het verstrijken van de tijd had zich een weersverandering voorgedaan. Terwijl ik druk bezig was met het raadsel waar de steen deel van uitmaakt, was de zon verdrongen door een sterk samengepakt wolkendek. Deze hing nu boven mijn hoofd als een zwaard van Damocles. En voor ik het wist, overviel een plensbui mij.
Ik zocht snel beschutting onder de dichtstbijzijnde eik die me met zijn dichte bladerdek voor het grootste gedeelte droog zou houden. En hoewel ik wist dat het schuilen onder een boom onder deze omstandigheden niet echt een wijze beslissing was, gokte ik op het feit dat juist deze boom niet de grootste was in de omgeving en dat het mee zou vallen mocht de bliksem toch ergens in willen slaan.
Half zittend tegen de boom zag ik dat het regenwater wat langs de steen naar beneden sijpelde de steen en het regenwater eerst bloedrood kleurde, en het vervolgens een gouden gloed gaf. Wellicht een signaal dat de steen veel ijzer of een ander onbekend element bevatte. Tevens moest de steen een hogere temperatuur hebben dan zijn omgeving, want bij de eerste druppels regenwater die op de steen neervielen, dwarrelden er stoomwolkjes omhoog.
Ik keek nog wat rond, zette mijn kraag op, maakte me zo klein mogelijk, en besloot de bui uit te zitten.
'Een mooie kans om me te concentreren op wat nu te doen,' siste ik...
En zo sloot ik mijn ogen om me beter te kunnen concentreren op mijn roerige gedachten, die bij iedere seconde intenser en sneller door mijn hoofd schoten en zo mijn hersenen tot een kookpunt brachten.

¥

'Ik wilde nog even terugkomen op de snaartheorie als je dat goed vindt,' zei ze bemoedigend, doch ook rigoureus.
'Heb ik dan een keuze Sophie?' antwoordde ik lacherig, een beetje moe van al haar kennistoetsingen en beseffend dat de stapel informatie wéér hoger zou worden.
'Uiteindelijk zal alles op zijn plaats vallen. Eureka momenten komen pas als het onbewuste het proces van de informatieverwerking heeft afgerond en je werkelijk klaar bent om de antwoorden als nieuwe ideeën te ontvangen. Dus heb geduld.'
'Oké, je hebt mijn aandacht weer,' zuchtte ik, zoekend naar concentratie.
'Je weet dat de elementaire deeltjes bestaan uit bosonische deeltjes, zoals fotonen, pionen en gluonen, en fermionische deeltjes, zoals elektronen, protonen en quarks, en dat ze in de snaartheorie aan elkaar gerelateerd zijn door een zogenaamde supersymmetrie. Met andere woorden, dat ze met elkaar uitwisselbaar zijn.
Ook dat als een snaar zich in de laagste energietoestand bevindt, hij energie noch massa heeft, maar wel aanwezig is in tijdruimte. Dat zo dus de voor het oog lege ruimte opgevuld is met ogenschijnlijk onzichtbare trillingen. Denk maar aan het subatomaire goud van de Annunaki zoals je die in Sumerie hebt leren kennen.
Koppel die gedachte nu aan het veld van vibraties, of de Plenum van Aristotelis. Heb je enig idee wat het impliceert als energie en materie uitwisselbaar zijn?'
'Nu heb je me toch echt van mijn apropos gehaald,' zei ik met de wanhoop nabij. 'Nog meer van dit soort vragen en ik weet zeker dat mijn hersenen zullen smelten. En dat ze me voor de rest van mijn leven zullen achtervolgen in mijn dromen, als een spookbeeld, een zware bepakking vastgeklonken op de rug van een nachtmerrie.'
'Nee, wees gerust,' zei ze bemoedigend. 'Tot je me gevonden hebt zal ik je niets meer vragen. Je hebt nu alle informatie in je die nodig is om het geheel te kunnen doorgronden.'
Hiermee liet ze me peinzend achter. Het was alsof ik in een donkere kamer terechtgekomen was en waarvan men de sleutel van de deur weggegooid had.


Zevende trede
Onthulling van het bestaande.

Het onweerde in de verte, de regenbui was gepasseerd. En net toen ik omkeek naar de donkerblauwe lucht, vielen er sierlijke zonnestralen op mijn gezicht. Ze haalden me uit de meditatieve staat waarin ik onbewust beland was toen ik luisterde naar de regen, die eerst hard en daarna zachtjes was neergevallen in mijn omgeving.
Ik was diep verzonken geweest in mezelf, of wellicht in het universum. Als in een visioen had ik aan het eindpunt van deze zoektocht Sophie voor me gezien, die als een opwindende apotheose mijn zintuigen verijkte en voedsel gaf aan mijn ziel. Als in een van de gedichten van Laborieux, die spreekt van het denkend vuur dat laaiend wil doordringen, verrees ze lichtend als een feniks uit haar schijnbare as, het zwarte gat wat ik hield voor het niets. Het vuur bleek niet te verbranden. Maar het was zo fel dat de aangrenzende boom en alles in zijn directe omgeving zuiver verlicht werd en spookachtige levende schaduwen voortbracht, alsof de vlammen de buitenwereld verdeelden over twee dimensies. Daarboven zweefde de conische steen met het Kainsteken, weggedrukt zodat zij kon herrijzen. Er kropen enkele slangen rond, symbool van wijsheid, geneeskracht en voor een deel onsterfelijkheid, die de omgeving verkenden op onbekende resonanties. Ik knielde neer uit respect voor dit ontzagwekkende schouwspel, terwijl ik mijn ogen tot een streep samenkneep en mijn hoofd lichtjes boog.
Maar voor ik kon doordringen tot de kern van de boodschap, werd ik me weer bewust van de buitenwereld en liet dit onbewuste theater van de wereld, zij het wat deemoedig, achter.

Het was een gelukzalig gevoel geweest. Het speet me al zo snel mijn ogen weer te moeten openen en terug te keren naar het nu, want daar had ik haar gevonden.
Toen ik mijn blik van de donkerblauwe lucht naar beneden liet zakken, zag ik het zwarte gat. Doordat het lager lag dan zijn directe omgeving was het volgelopen met regenwater. Plotsklaps bedacht ik me met schrik of ik het verkeerde moment had gekozen om de steen op te tillen, en dat de consequentie zou zijn dat ik haar nooit te zien zou krijgen en haar ware naam voorgoed voor mij verloren was.
Vertwijfeld en machteloos kroop ik als een defaitistische zelfkweller naar het zwarte gat, verwachtende dat alle hoop verloren was. Maar bovenal dat mijn lange zware reis vol ontberingen voor niets geweest was. En in een paar seconden haalde ik de reis terug en voelde de energie die ik verloren had en de pijn die ik daarvoor teruggekregen had. Een kwelling die mijn afgematte lichaam tot op het bot doordrongen had.
Maar toen ik me uiterst voorzichtig en enigszins trillend over de rand boog, keek ik niet in een zwarte leegte van water. Met enige ontsteltenis zag ik haar prachtige gezicht, omlijst met die mij bekende donkere haren, langzaam voor me opduiken. Eerst als een soort perspectivische schaduw, direct gevolgd door rimpels waar een gezicht door vervlochten was. En nog voor ik een kreet van verbazing kon slaken, hoorde ik Sophie zeggen: 'Ik vond het belangrijk dat je je juist nu bewust werd van mijn bestaan en dat je mijn basisleringen in zeven stappen zou ervaren. Dit waren de zeven treden naar het eerste licht. Deze informatie zal je verder helpen om jezelf verder te herkennen, accepteren zoals je bent en verder te ontwikkelen, om zo je plaats te vinden in je zelfgecreëerde wereld, om zo in het eerste licht te kunnen staan. De informatie die ik achtergelaten heb in je hersenen vormt het grondbeginsel van het waarom je hier op aarde bent, en je enige taak voor nu is dit te ontrafelen, zodat het je bewustzijn kan bereiken.'
'Maar,' zei ik half verdoofd, 'als ik het goed heb, dan heb je me met deze ontmoeting erbij al acht stappen laten zien en geen zeven. En die andere stappen kan ik nog steeds niet plaatsen.'

Glimlachend antwoordde ze met zachte stem: 'als onze eerste ontmoeting een aankondiging was om het denkproces in werking te zetten als ware het een grondtoon, waar denk je dan dat je je nu bevindt..?'


Melodie

Bij het horen van deze woorden, begon zich in mij een melodie te vormen. Ze verwarmde mijn hart en resoneerde in mijn ziel, waardoor de grondtoon begon te fluctueren tussen energie en materie. Alles viel op zijn plaats. Ik visualiseerde de treden en in een nanoseconde klonken de betekenissen een voor een in mij op.

De eerste trede liet het 'Zo boven zo beneden' zien. Het stond me weer helder voor de geest dat het menselijk lichaam is opgebouwd uit dezelfde elementen als het stof van de sterren, die verspreid tot in de verste uithoeken van het universum, ons overstralen met het zuivere licht uit het verleden, en waarmee wij tot in de meest elementaire deeltjes van ons DNA in verbinding staan.
Zo boven zo beneden hadden zowel Paracelsus, Agrippa en andere alchemisten en magiërs me medegedeeld. Maar als het zo boven zo beneden is, bedacht ik me, dan is het ook 'Zo hier zo daar.' 'Esoterisch en Exoterisch.' Ineens besefte ik dat ik met alles in de natuur, dus ook met alle mensen verbonden ben. Wij herkennen onbewust het stof van de sterren in elkander en worden er toe aangetrokken.
Mijn moeizame reis was dan ook bedoeld om in ieder geval in te zien dat om verlicht te worden je dus niet het materialisme in zijn geheel de rug toe hoeft te keren, de blik naar boven toe moet richten en je te onderwerpen aan een goddelijke macht buiten onszelf. Het antwoord zijn wij zelf, ligt om ons heen, bestaat uit ons. Wij zijn zelf het zogenaamde goddelijke als een tijdloze trillende Natuur, en daar valt niets religieus aan te ontdekken.

Op de tweede trede wordt duidelijk dat de wereld van de mens voor een groot deel bestaat bij de gratie van de waarneming, objectief en subjectief. De objectieve wereld, los van de waarnemer, wordt subjectief als een waarnemer resoneert met de wereld. En nog belangrijker, dat alles wat je ziet bestaat, maar zodra je de blik afwend het voor jou ophoudt te bestaan. Doordat alles in de Natuur uit trillingen bestaat, staan we in constant contact met de objecten om ons heen en vormt dit een blijvende onbewuste 'waarneming'. Vandaar dat zelfs blinde mensen niet fysiek door muren kunnen lopen.

De derde trede herinnerde me aan het 'Ken Uzelf', voortkomend uit de vraag, waarom we hier op aarde zijn. Het antwoord wordt grotendeels gegeven door onze zintuigen. Deze helpen een persoon om zichzelf te herkennen en te leren kennen. Ken Uzelf, dus zorg voor ervaringen. Iedere ervaring brengt je dichter bij jezelf. Herkenning door ervaring zou het motto moeten zijn voor ieder weldenkend mens, waar dan vanzelf uit voortvloeit dat je in staat bent meer over te dragen op andere mensen. We hebben in ieder geval zes bewezen zintuigen om dat te laten zien, dus ga eerst het leven leven, ervan leren. Anders ben je niet in staat ook maar iets positiefs over te dragen aan de wereld, zal je nooit echt kunnen begrijpen, liefhebben, delen etc.

De vierde trede is het niveau van zelfaanvaarding. Accepteer jezelf en handel naar het 'Goede' binnen de neutrale werkelijkheid. Hecht niet teveel aan de dingen om je heen. Veel dingen zijn gebaseerd op angst. Onthechting helpt je angst te overwinnen en verder te groeien. Het is zaak de juiste balans te vinden in alles, zonder te claimen, zonder de vrees te verliezen wat je hebt. Loslaten, in het besef dat de dingen eindig zijn, maakt het mogelijk werkelijk te genieten. Als je jezelf verder leert herkennen wordt je door deze zelfkennis meer en meer onafhankelijk, waardoor eenzaamheid vanzelf een positief deel van jezelf wordt en je opgaat in de neutrale werkelijkheid. Je wordt alleen geboren en je gaat alleen dood, dus leer eerst jezelf herkennen zodat je in staat bent om alleen te kunnen zijn. Je moet alleen kunnen zijn en niet afhankelijk van iemands constante gezelschap.

Op de vijfde trede wordt zichtbaar dat de gehele natuur bestaat uit trillingen, waardoor alles met alles resoneert op het meest elementaire niveau. Zo legde ik direct de link tussen Aristotelis en de lessen van Pythagoras, met zijn geluidsgolven, die volgens hem over het heelal spoelen en alles omringen, van het grootste tot het kleinste, een kosmische symfonie.
Het werd me duidelijk wat de implicaties zijn en wat hierdoor mogelijk wordt. Het kan de mens een stap dichterbij het begrijpen en doorgronden van de Natuur brengen, waarbij de kloof die is ontstaan tussen het zogenaamde bovennatuurlijke of paranormale, en het zogenaamde wetenschappelijk natuurkundige, voor een groot deel, zo niet geheel, overbrugd worden. Waardoor op den duur aangetoond kan worden dat het 'bovennatuurlijke' niet bestaat. Of althans wel bestaat, maar als onderdeel van de Natuur en niet als iets onverklaarbaars wat erbuiten staat.

Zo kwam de zesde trede binnen handbereik, en bleek dat massa niet equivalent is aan energie, maar dat massa zelf energie is, en visa versa. Alle atomen hebben een andere frequentie ten opzichte van elkaar, een soort identiteitsfrequentie, die voor onderscheidt zorgt.
Zo moet het voor ons mogelijk zijn om uiteindelijk materie te creëren uit energie en om alle materie ogenschijnlijk te laten verdwijnen als energie, als een omkeerbaar proces, iets wat door magiërs uit het verleden al veelvuldig toegepast is. En aangezien energie nooit verloren gaat, is alles aanwezig in tijdruimte. Alle informatie, uit heden en verleden, bestaande uit trillingen, is opgeslagen in alle atomen. Ook dat gedachten energie zijn, die wij mensen als biochemische wezens uitzenden. Deze energie zal als informatie toegankelijk zijn en blijven als een grote universele bibliotheek.

Op de laatste en voor mij meest ontoegankelijke trede, de zevende, wordt het alchemistisch vat van het onbewuste geopend en kan de flits van 'Eureka!' ontstaan. In mijn geval het in balans brengen van mezelf in relatie tot mijn omgeving en de Natuur, als de vervolmaking van het loslatingproces.

¥

Met het eind van deze zoektocht in zicht, voelde ik hoe de loodzware reis op mijn schouders en gemoedstoestand gedrukt had als een intense ervaringsrite en hoe het in een oogwenk van me afgevallen was met de bewustwording van het eerste licht.
Verzonken in het glanzende licht, wat me in alle rust overspoelde en fonkelde als een heldere vlammende ster, zag ik ineens dat de haren van Sophie de zilveren plaquette om haar hals niet meer bedekten. Nu bleek ik eindelijk in staat de inscriptie te lezen.
En terwijl de paar gegraveerde woorden over mijn netvlies vlogen, wist ik waarom zij me zo bekend was voorgekomen. Nu pas drong het tot me door wie zij werkelijk was, waarom ze me was verschenen en wat ze in principe al die tijd als verborgen boodschap met zich mee had gedragen.

In vier glinsterende woorden stond te lezen... Era Ex Rutilus Speculum.


Jan G. Marque 2008 ©




Alle rechten zijn voorbehouden. Niets uit deze opgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën of op enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Jan G. Marque ©.





PDF Download
Kunstwerk in Woord en Beeld 16 van Jan G. Marque kunt u lezen en bekijken in PDF formaat. Klik op de button "Download File" hieronder om het bestand te downloaden.


Download J. Tavenraats over B.C. Koekkoeks schilderprocedure.pdf

 
Een Filosofisch Realistisch kunstwerk kan door de waarnemer drieledig benaderd worden.

 1. Alleen aanschouwen en genieten van het schilderij.
 2. Alleen lezen en genieten van het onderschrift.
 3. Het onbekende onderwerp zoeken.




Hier kunt u Acrobat Reader gratis downloaden.

Download gratis Adobe Acrobat Reader